Whiskyproevers uit Alkmaar

Verslag Proefavond 8 februari 2010 – New bottlings

Om 19.35 uur heette de inleider van deze bijzondere proeverij, onze voorzitter Wullie Macmoreland de 36 aanwezigen hartelijk welkom. Een bijzonder welkom kreeg verslaggeefster Margreet Vermeulen van De Volkskrant, die een sfeer impressie kwam maken. Iets later kwam ook de fotograaf die veel foto’s heeft geschoten. jaarvergadering.  De opkomst was zeven hogere dan de februari proeverij van vorig jaar. Nadrukte dat we deze avond allemaal bottlings drinken die nog maar net op de Nederlandse markt zijn. Zes er van heeft hij ook zelf nog niet geproefd.

Wat kwam er uit de door onze kersverse penningmeester Gerard Struik geselecteerde flessen?

1. INKOPPER: JAMESON 12y.

De neus van deze heerlijke zachte inkopper is rijk. Net als de smaak ontmoet je rijpe vruchten zoals meloen, rozijnen en ook kruiden. Verder eiken en houtskool. Ook een beetje cacao boter, thee cake. De whisky bereikt goed het hele gehemelte.  Een volgend slokje geeft ook de smaak van perzik en honing. De finish is zacht en niet heel lang. Een lekkere betrouwbare Ierse whisky.

2. COUVREUR’s CLEARACH SINGLE MALT 43%

Clearach is de term die Michel Couvreur gaf aan deze lichte maar verrassende “whisky”die wettelijk geen whisky mag worden genoemd totdat hij is 3 jaar oud. De jonge nieuweling heeft een neus van vers gras en in de smaak amandel, droge vruchten en theeblaadjes. In neus en smaak komen ook kruiden (pepertje) naar boven. Zeer korte afdronk.

3. KNOCKANDO 18y ’90 43%

De neus moest ik even “zoeken”maar was heel fruitig, licht houtig, noten en prikkelend. In de smaak dacht ik abrikozen te ontdekken.  Verrassend was een vleugje zout maar ook hout en chocolade. Een beetje teleurstellend korte afdronk, maar toch een lekkere whisky.

4. TULLABARDIN  ’93 46%

Deze nieuw gebottelde 1993 single malt komt uit oude Pedro Jimenez fusten waar ze de volle 15 jaar op hebben gelegen. De kleur is dan ook donker en doet denken aan bruine suiker. Bij het “nosen” ontdekte ik, amandelen, gember en chocolade. De whisky bleef bij het walsen mooi aan het glas hangen. Ze had subtiele smaak met een fantastische mix van kaneel, specerijen, gember, honing, sinaasappel en donkere chocolade. De afdronk was lang en warm, waarbij de belangrijkste smaakelementen heerlijk bleven hangen.

5. BOWMORE ’99 10y 46%

Met deze tien jaar oude whisky laat Bowmore zich weer van zijn allerbeste   kant zien. Gerijpt op bourbon en finish op Guigal Cote Rotie Syrah. Dit was voor mij als liefhebber van Bowmore absoluut een zeer aangename verrassing.  De turf en rook zijn nog volop aanwezig, niet overdreven maar wel zoals hoort bij het karakter van Bowmore. De kleur neigt naar rosé. De neus warm, intens en uitnodigend om te proeven: bessen, granaatappel  en kersen. Ook de afdronk is krachtig en volwassen. Heerlijk!

6. CONNEMARA SMOKEY PEAT Sherry finish 46%

Connemara is een van de wildste ruige gebieden, aan de westkust van   Ierland. Kenners roemen de adembenemende schoonheid, die ook vele malen is bezongen. Eeuwenlang hebben lokale stokers een unieke stijl van whisky behouden door het drogen van gemoute gerst over gebrande turf waardoor de rokerige smaak ontstaat. Wie echter in Connemara naar de gelijknamige distilleerderij gaat zoeken komt bedrogen uit, want deze – overigens voortreffelijke – “Ier” komt van de Cooley Distilleerderij op Cooley Peninsula, de Ierse oostkust. De distilleerderij is in opgericht in 1987 door John Teeling, die het verval de Ierse whiskey zag en daar tot op heden met enig succes een halt aan toeriep. Een mooie neus, een heerlijke smaak (overigens leken neus en smaak nauwelijks verwant . . .) en in de afdronk ook nog goed merkbaar de sherry finish, maakten het proeven uit één van de slechts 6000 op de wereld gebrachte flessen tot een waar genoegen. Een Ierse whiskey die de vergelijking met veel klasse – Schotse – whisky’s glansrijk doorstaat.

7. LAPHROAIG 10y Triplewood 48%

Deze whisky kwam na de pauze en dan maakt niet alleen onze Wullie grappen. Een van de leden verzon namelijk dat we nu een whisky kregen die op triplex was gerijpt . . . Inleider Wullie vergeleek de Triplewood meerdere malen met de nu al bijna legendarische Quarter Cask. Beiden zijn klasse producten. Maar toch met een geheel eigen smaak. De Triplewood is gerijpt in bourbon eiken vaten, en daarna in kleinere port vaten waardoor de rijping sneller gaat. De derde rijping gebeurt in Europese eiken (Oloroso sherry vaten). De Laproaig Triple Wood is nog maar net, en zeer beperkt, op de Europese markt. Neus: veel kamille en een beetje boter. Rokerig met  een belofte van zoet. Veel fruit (banaan, appel, kokos). De smaak is complex maar afgerond: vol en mooi fruitig. Kamille en  subtiel vleugje rook, toffee, vanille maar ook zoethout. Een romige afdronk met opeens een beetje koffie en chocolade. Lekkerrrr….

8. TEANINICH ’98 58,4% Cask Strength

Gordon MacPhail reserve, speciale van Wees bottling. Een voor mij  nog nauwelijks bekende distilleerder. Dat komt ook omdat ik niet zo’n voorkeur heb voor Highland whisky’s. Toch is dit een heel oud merk: Teaninich ligt sinds 1817 in de Noordelijke Hooglanden, vlakbij Dalmore. In 1970 is er een compleet nieuwe Distilleerderij gebouwd. Veel van deze whisky gaat naar blends als Vat 69 en Johnnie Walker. Deze cask had een koperen kleur. De neus was zacht, druivensap, kersen, appel en een beetje parfum. Van de smaak schrok ik een beetje. De whisky kwam nogal scherp en heet binnen. Een tweede slokje met wat water gaf toch een zoetje, noten en fruit. Een lange “alcoholische”finish. Nogal een stevige afsluiter van een prachtige avond met dank aan onze presentator/gastheer/voorzitter Wullie Macmoreland en de samensteller en organisator van deze weer gedenkwaardige en hoogstaande avond; Gerard Struik.

Verslag: (persoonlijke impressie) Peter Winkel

Comments are closed.